Vreedzame beslechting van internationale geschillen

Vreedzame beslechting van internationale geschillen

Inleiding

Tijdens de eerste Haagse vredesconferentie in 1899 werd een verdrag gesloten voor beslechting van internationale geschillen. Tijdens de tweede Haagse vredesconferentie in 1907 werd het verdrag uitgebreid van 61 naar 97 artikelen. Dit Verdrag voor Beslechting van Internationale Geschillen is tot op heden van kracht en de meeste staten maken deel uit van dit verdrag. Deze diplomatieke vorm van conflictbeslechting kan bestaan uit adviezen, bemiddeling en internationale onderzoekscommissies.

In 1899 werd ook het Permanent Hof van Arbitrage opgericht, dat weliswaar geen scheidsgerecht is, maar oplossingen door vreedzame middelen faciliteert tussen staten, maar ook tussen staten en andere partijen. Het betekende de eerste stap tot institutionalisering van oplossing van geschillen door vreedzame middelen. De betrokken partijen benoemen elk maximaal vier leden voor dit Hof. Het is sinds 1901 gevestigd in Den Haag in het Vredespaleis. Later voegden ook andere landen zich als gastland toe.

In 1922 werd het Permanent Hof van Internationale Justitie opgericht, dat in 1945 door de VN werd vervangen door het Internationaal Gerechtshof, dat zich bezig houdt met rechtsgeschillen tussen staten. Het bestaat uit 15 rechters die worden benoemd door de Algemene Vergadering en de Veiligheidsraad van de VN. Het is gevestigd in het Vredespaleis in Den Haag. In de praktijk is het niet altijd duidelijk of er sprake is van een rechtsgeschil of van een politiek of belangengeschil. Het Hof is alleen bevoegd bij conflicten tussen staten als de toepassing van een rechtsregel in het geding is. Het Hof heeft geen bevoegdheid een oordeel/advies dwingend op te leggen. Als het politieke of belangengeschillen betreft kan men zich wenden tot het Permanent Hof van Arbitrage.

Bemiddeling of Confrontatie zoeken

Conflicten zijn er altijd geweest en zullen ook altijd blijven ontstaan. De vraag is hoe conflicten te hanteren. Ook na twee wereldoorlogen en na de oprichting van de VN doen zich talrijke conflicten voor die men met militaire middelen en/of met economische drukmiddelen in eigen voordeel tracht te beslissen. Hiermee vergeleken wordt er slechts mondjesmaat gebruik gemaakt van vreedzame middelen om een conflict tot een oplossing te brengen die beide partijen recht doet. De klimaatcrisis maakt het noodzakelijk dat alle landen samenwerken om hun gemeenschappelijke leefwereld te redden. Doorgaan met proberen conflicten te winnen ten koste van anderen lijkt voor de korte termijn misschien aantrekkelijk, maar leidt onherroepelijk tot “overwinnaars” in een verwoeste leefwereld. Korte-termijn-denken en eigen-belang-eerst-denken hebben nog steeds volop de overhand. Lange-termijn-denken en streven naar een leefbare, sociale en rechtvaardige samenleving voeren nog lang niet de boventoon. Wordt er al van de kostbare verworvenheden zoals het Permanent Hof van Arbitrage en het Internationaal Gerechtshof bitter weinig gebruik gemaakt, ook het respect voor de uitspraken en adviezen van deze organen laat veel te wensen over.

Nederland

Nederland heeft materieel en immaterieel veel geïnvesteerd in militaire oplossingen of zogenaamde humanitaire interventies met militaire middelen voor conflicten. Denken we aan Nederlandse interventies in Indonesië, Nieuw-Guinea, Joegoslavië, Irak, Afghanistan, Syrië, Mali, dan kan men niet stellen dat de betreffende volkeren daardoor beter af zijn. De interventies dienen de eigen militair-strategische en economische belangen, niet die van de betreffende bevolking. Het resultaat is heel veel burgerdoden, maatschappelijke ontwrichting, economische malaise, miljoenen vluchtelingen en ontheemden, en vaak een burgeroorlog nadat de interventie is beëindigd.

Nederland is al eeuwenlang ook het land dat rijk is geworden ten koste van anderen en met alle rijkdom een relatief grote bijdrage levert aan de klimaatverandering. Ondanks dat Nederland een democratische rechtsstaat heet, hebben rijke belangengroepen (lobby’s) vaak meer invloed dan de Tweede Kamer en weet de regering grote bevolkingsgroepen onrechtvaardig te bejegenen.

Van confrontatie naar bemiddeling

Nederland is de grote eer ten deel gevallen zulke kostbare instituties als het Permanent Hof van Arbitrage en het Internationaal Gerechtshof te mogen huisvesten in het Vredespaleis te Den Haag. Behalve dat dit een grote eer is, schept dit ook een grote morele verantwoordelijkheid. Zelden horen we de Nederlandse regering over deze instituties. Wel veel over partijpolitiek, veel over onze veiligheid, veel over onze economie, veel over militaire solidariteit met onze bondgenoten, veel over angst voor andere machtsblokken, veel over de waan van de dag.

Nederland zou zich moeten opwerpen als internationaal promotor en pleitbezorger van het internationaal recht zoals te verkrijgen in het Vredespaleis te Den Haag. Gezien de klimaatcrisis is het recht van de sterkste niet langer een garantie voor survival in een leefbare wereld. Samenwerking en rechtvaardigheid zijn meer dan ooit noodzakelijk. Het is hoog tijd dat staten in plaats van elkaar te bevechten, bemiddeling zoeken en de uitspraken en adviezen van de bemiddelaar respecteren en uitvoeren. De middelen en de mankracht die Nederland besteedt aan militaire macht, kunnen beter aangewend worden om de promotie van het Permanent Hof van Arbitrage en het Internationaal Gerechtshof te dienen!

John Zant

Vergeving

Vergeving

In een interview met een overlevende van een concentratiekamp, waar heel haar familie is omgekomen, zegt een oude mevrouw: “Ik vergeef de nazi’s”. Dit soort vergeving schenken was voor mij oninvoelbaar tot het moment dat zij hieraan toevoegde: “Eerst voelde ik me alleen slachtoffer, maar nu ik ze vergeef, voel ik dat ik de controle weer heb”.

Door te vergeven verhef je jezelf boven de daders, up-via-down.  Dat herstelt een gevoel van controle, van zelfrespect, van macht.

Dat komt des te meer tot uiting wanneer in direct contact met een dader vergeving wordt geschonken. De dader moet dan erkennen, dat de vergevingsgezinde zich veel grootmoediger betoont dan hij die in het verleden onmenselijk handelde. Dat genereert bij de dader een gevoel van minderwaardigheid ten op zichte van de grootmoedige. Het is dan ook de dader die in tranen uitbarst van bewonderende ontroering, spijt, vernedering en zelfveroordeling.

Om de up-via-down situatie te bestendigen wordt er nog fijntjes aan toegevoegd: “Vergeven, maar niet vergeten”. Opdat de dader zich blijvend vervuld voelt van spijt, vernedering en zelfveroordeling. In die zin is vergeving ook een vorm van “zoete” wraak.

december 2020

John Zant

Het Ware Geloof

Het Ware Geloof

Het ware geloof is een contradictio in terminis. Of je moet aannemen dat er twee soorten waarheid zijn: waarheid gebaseerd op empirisch aantoonbare feiten en waarheid die van hogerhand wordt verkondigd zonder dat er sprake is van empirisch aantoonbare feiten. Het ware geloof kent dan ook vele varianten in de zin van grote bekende religies en ideologieën, en beweringen van allerlei soorten goeroes, autoriteitsfiguren en betweters.

Het ware geloof claimen is, zo leert de geschiedenis, levensgevaarlijk, in die zin, dat ware gelovigen vinden dat anderen zonder dat ware geloof (ketters, ongelovigen, dwalenden, heidenen, wilden, etc.) tot het ware geloof bekeerd moeten worden, niet goedschiks dan met dwang en geweld. Romeinen vervolgen christenen, christenen vervolgen joden, christenen vervolgen moslims en omgekeerd, katholieken vervolgen protestanten, soennieten vervolgen sjiieten en omgekeerd, fascisten vermoorden joden, westerlingen maken jacht op communisten, witte mensen domineren zwarte mensen, en ga zo maar door. Door alle eeuwen heen moord en doodslag uit naam van een of andere godheid of een of andere ideoloog, uit naam van het “ware” geloof.

Het probleem zit hem niet zozeer in het feit dat mensen een geloof hebben, maar in het feit dat ze hun geloof ook aan anderen willen opdringen. Geloofsvrijheid is een groot goed, maar dat moet wel aan twee kanten gelden: Elke persoon heeft de vrijheid te geloven in de religie of de ideologie die hij verkiest, maar dat geldt ook voor de andere persoon die een andere religie of ideologie aanhangt. Geloofsvrijheid kan alleen bestaan als geloof wordt opgevat en beoefend als een louter individuele aangelegenheid.

Georganiseerd geloof in groepen leidt tot allerlei uitwassen, van bekeren tot afslachten. Religies en ideologieën zijn namelijk ideale middelen voor een machthebber om het volk te sturen in een richting die de economische belangen en machtsbelangen dient van de machthebber. Geen enkele individuele burger is geneigd huis en haard te verlaten om oorlog te voeren, maar als de machthebber roept dat hun religie of ideologie wordt bedreigd door andersdenkenden, dan blijken burgers en masse te mobiliseren om wildvreemde mensen, die hen persoonlijk nooit een strobreed in de weg hebben gelegd, te vermoorden uit naam van het geloof of de ideologie, of omdat de vereerde machthebber dat opdraagt.

Als wij, burgers, lering willen trekken uit de geschiedenis, dan moeten we het geloven in een godheid of ideologie tot een louter individuele keuze maken. Ieder georganiseerde vorm leidt tot uitsluiting van andere groepen en tot misbruik van machthebbers. De logische consequentie zou zijn, dat alle georganiseerde vormen van religie en ideologie afgeschaft zouden moeten worden. Dat is echter onhaalbaar, omdat mensen in hun onzekere zoektocht in dit bestaan behoefte hebben aan een houvast, al berust dat houvast niet op empirisch aantoonbare feiten. Want veel mensen hebben behoefte aan zich opgenomen voelen in een groep in dit onzekere, moeilijke, en vaak niet te begrijpen, aardse bestaan. Bedenk dan dat er behalve religieuze en ideologische groepen, ook sportclubs, hobbyclubs en andere groepsvormen bestaan om het gevoel opgenomen te zijn in een groep te bevredigen.

Geloof en ideologie moeten daarom zoveel mogelijk in de privésfeer worden gehouden en de gewenste samenkomsten in kerken, moskeeën, synagogen, tempels, partijzalen, clubgebouwen en dergelijke. Hopelijk houden de predikanten en partijleiders hun machtswellust ook tot deze ruimten beperkt. Dan mogen ze in het vuur van hun betoog menen dat ze tranen in de ogen krijgen van hun goddelijke of idealistische vervoering, terwijl het gelukzalige gevoel van macht over de gelovigen waarschijnlijker is.

De geschiedenis leert dat staatsgodsdiensten en staatsideologieën tot machtsmisbruik en tot oorlog leiden. Hoe kun je burgers opvoeden tot vrije burgers, die het ook kunnen verdragen dat andere mensen hun vrijheid van denken anders invullen. In ieder geval niet in het bijzonder onderwijs, waarin kinderen van jongs af aan worden geïndoctrineerd in het ware geloof, en dus in expliciete of impliciete uitsluiting van andersdenkenden. Onderwijs moet dienen om kinderen kennis en vaardigheden bij te brengen om ze tot vrije, tolerante, capabele, verantwoordelijke, sociale en vredelievende burgers op te voeden.

Iedere burger is vrij te geloven in wat hij wil; iedere burger is verplicht andersdenkenden te respecteren zonder hen het eigen geloof te willen opleggen. Iedere burger heeft de vrijheid te doen en te laten wat hij wil, zolang hij andere burgers daarmee geen hinder bezorgt. Respect voor de ander is de grens van de persoonlijke vrijheid.

John Zant

November 2020

Reacties:

Van: Rein Heijne [mailto:r.heijne@hetnet.nl]
Verzonden: vrijdag 13 november 2020 14:56
Aan: ‘John Zant’
Onderwerp: RE: Burgerschap en Vrijheid. Om over na te denken !

Dag John,

Mooi duidelijk verhaal over het ware geloof. Is mij uit het hart gegrepen. Eigenlijk heb ik daar weinig aan toe te voegen.

Maar toch een aantal puntjes:

  • Het getuigt van een enorme brutaliteit van gelovigen, een gotspe, om anderen proberen te overtuigen en te beweren dat zij de waarheid in pacht hebben.
  • In mijn ogen schiep ‘god’  de Mens helemaal niet. De allereerste mensen leefden in een woeste wereld waarin zij hun weg moesten vinden om te kunnen overleven. Diverse natuurverschijnselen vormden daarbij grote bedreigingen. Om hun angsten weg te nemen en hen enig houvast te bieden, werd voor ieder onverklarbaar verschijnsel een godheid benoemd. Van de zee, van de donder, etc. Zo kwam het dat de mensen toen hun goden hebben geschapen.
  • Was het maar bij dat veelgodendom gebleven dan had het allemaal nog wel mee kunnen vallen. De problemen begonnen met de vorming van het monotheïsme. Zo hadden egyptenaren ten tijde van farao Echnaton dat al goed in de gaten. Die  farao voerde het monotheïsme rond amon in. Maar werd al spoedig uit de weg geruimd en de afbeeldingen van hem en zijn familie werden in het heiligdom van de tempels vervangen en die van de oude beschermgoden hersteld. Niet zo elegant allemaal maar zo gaat het vaak bij machtstrebers.  
  • In 2006 schreef ik in een brief aan de Volkskrant over religie versus atheïsme o.a.:  Voor mij als humanist en laat ik het maar bekennen, als atheïst is wijsheid mij meer waard dan ‘de waarheid’. De essentie van wijsheid is het plaatsen van vraagtekens en het uiten van twijfels. Mag ik dan “in heelalsnaam” bij het bestaan van een of andere God mijn vraagtekens plaatsen? Daar waar zijn plaatsvervangers hier op aarde voortdurend de uitroeptekens van het zekerweten zetten.  De overeenkomst tussen monotheïstisch religies en politieke ideologieën is hun hiërarchische machtsstructuur. In beide gevallen hebben die door de geschiedenis heen voor de mensen tot mensonterende, desastreuze gevolgen geleid. Atheïsten zijn juist wars van hiërarchie en ideologie en zijn voorstanders van de individuele autonomie. Zij doen bij hun handelen geen beroep op een hogere, bovennatuurlijke macht.

Bij de laatste afsluitende zin in jouw tekst “Respect voor de ander is de grens van de persoonlijke vrijheid” moest ik gelijk denken aan het  emotionele, opgewonden kamerdebat over de vrijheid van meningsuiting. Dat beviel mij helemaal niet. Ben bang dat het Wilders veel stemmen gaat op leveren.

Met vriendelijke groet,

Rein

Prima stukje weer John.  Afschaffen dat artikel 23, bijzonder onderwijs, dat zou al een stap in de goede richting zijn. Maar voorlopig is daar nog geen 2/3 meerderheid voor te vinden helaas.

Intussen staat het vak burgerschap, waar jij je zo voor inzet, wel weer aardig in de belangstelling door de discussie over het wel of niet mogen tonen van spotprenten van de profeet.  Ik zeg: verplicht grote spotprentplakkaten op elke school net zolang tot iedereen er aan gewend is. Maar ja, zeg ik dat nog steeds als we  6 onthoofdingen verder zijn…

Groeten

Willem van den Bosch

Ik vind het een goed stuk pap!

Kus, Anne

Hee John, met interesse je stukje gelezen. Een mooie, scherpe analyse.

Kan je dat niet ergens gepubliceerd krijgen.

Ik denk dat het heel veel mensen stof tot nadenken kan geven.

Wat jammer dat die vriend van je daar zo krampachtig op heeft gereageerd. Getuigt niet van een open, vrije onderzoekende geest.

Onzekerheid moet je maar denken.

Was weer erg gezellig gisteren.

We spreken gauw weer af.

Hartelijke groet, Jaap

Geachte John Zant,

dank u wel voor uw artikel. Het is een doorwrocht filosofisch betoog. Stevig. En toch is het ongeschikt voor de opiniepagina van iets vluchtigs als een dagblad.

Daarvoor is het stuk te algemeen gesteld, te breeduit geschreven en focust het te weinig op een actuele zaak.

We kunnen het niet plaatsen.

Met vriendelijke groet,

Joyce Roodnat

NRC

Red. Opinie

Ongezonde artikelen

ONGEZONDE ARTIKELEN

Sporten voor de status

“Doe jij aan sport?” “Ja, ik ga drie keer per week naar de sportschool en ik train voor de marathon”. “Wow, cool!”, hoor je vaak als reactie. Ik zou zeggen: Bewegen is gezond, maar de sporthype van tegenwoordig heeft weinig met gezondheid te maken. Integendeel zelfs. Alle tijd en energie die aan fanatiek sporten worden besteed, worden niet besteed aan reflectie, lezen, je relaties, je emoties, en andere noodzakelijke gezonde activiteiten. Het lijkt eerder een vlucht daarvoor. Wat hebben de fanatieke sporters in hun eigen ogen misdaan, dat ze zichzelf zo moeten tuchtigen? “Dan kun je lekker je hoofd leeg maken”, wordt er beweerd. Je zou haast denken dat het hoofd door relationele en emotionele armoede gewoon altijd al leeg was. Omdat je er bewondering en status mee kunt oogsten, is fanatiek sporten een hype geworden. Kun je nagaan wat een relationele en emotionele armoede er wordt geleden.

John Zant

Afhankelijk of zelfredzaam gemaakt worden

Voorlichting en therapie zijn bedoeld als een leerproces, waarin de patiënt door de deskundige arts of therapeut leert beter met eigen ziekte en gebrek om te gaan. Het doel van het leerproces is zelfredzaamheid te vergroten. In de praktijk echter laten veel artsen en therapeuten hun patiënten onnodig vaak terugkomen, omdat ze nauwelijks aan voorlichting ter vergroting van de zelfredzaamheid doen. Dat is makkelijker en het levert veel geld op. Patiënten laten zich die overmaat aan zorg vaak welgevallen. Dat geeft een veilig gevoel en de behoefte aan aandacht wordt ruimschoots bevredigd. Thuis hoeven ze niet te oefenen, want dat gebeurt wel bij de therapeut. De betreffende artsen en therapeuten voelen zich gestreeld dat ze keer op keer hun rol als geëerd deskundige kunnen blijven spelen, helemaal als patiënten gewagen van “mijn arts” of “mijn therapeut”. Hoe kwetsbaar moeten die ego’s zijn dat ze zich groter voelen over de rug van hun patiënten? In dit spel tussen twee partijen die allebei baat hebben bij een afhankelijkheidsrelatie, gaan miljarden aan gezondheidszorg verloren.

John Zant

Sport”scholen”

De grote vraag is wat je op een sport”school” leert. Wat moet je je voorstellen bij spinning”les”? Mensen bewegen te weinig, dat is zeker zo. Lopen, fietsen, tassen tillen, kracht zetten bij klusjes, etcetera, men kan het wel, maar doet het te weinig. Lopen op de loopband, fietsen op de spinner, her en der wat met gewichten scharrelen, wat leer je dat je nog niet kunt? De termen “school” en “les” zijn misleidend. Het is juist niet de bedoeling dat je iets leert, nl. in je eigen leefomgeving meer bewegen. De sportschool is het doel op zich geworden. Sterker nog, omdat je naar de sportschool gaat, hoef je in je eigen omgeving niet meer te bewegen, want je hebt je prestaties al in de sportschool geleverd. De sportschool maakt mensen afhankelijk. De kassa rinkelt. De sportschoolbezoekers belonen elkaar met elkaars aanwezigheid en zweet, gezien en gezien worden, compleet met speciale outfit. Je bouwt er status mee op en kunt na lang trainen meer gaan lijken op Jerommeke. Tja, er bestaan zelfs vrouwen die breed lachend bekennen dat ze op foute mannen vallen. Tel uit je winst.

John Zant

Tattoos en piercings

Bij sommige mensen kun je met tattoos en piercings indruk maken. Ze vinden het stoer. Ja, dan ben je iemand! Anderen vinden het treurig “kijk-mij-eens”-gedrag en doodzonde van die vaak jonge gave huidjes. Denk ook aan “nieuwe tieten” met een heuse silicon valley, aan opgespoten lippen die je op een ouderwetse Zwarte-Piet doen lijken, en aan eenvormige, strak geopereerde maskers (voorheen persoonlijke gezichten). Je moet toch wel een heel gemankeerd ego hebben, dat je de illusie hebt dat je mooier, stoerder, etcetera bent met al die verminkingen. Of is het gewoon modieuze, decadente ontevredenheid met alles inclusief jezelf?

John Zant

Goeroes

De mens voelt zich onzeker in een wereld waarin veel niet wordt begrepen en gekend. Men zoekt verklaringen, houvast, voorspelbaarheid, controle. Voor een deel lukt dat ook wel door scholing en vorderingen der wetenschappen. Maar voor een groot deel blijven allerlei fenomenen duister en vragen onbeantwoord. In dat gat springen de goeroes die allerlei gedaanten kunnen aannemen: pastoors, dominees, coaches, sterke leiders, influencers, ideologen, voedingsdeskundologen, wondergenezers, etcetera. De goeroes beweren dat ze het onverklaarbare kunnen verklaren, en meer weten dan gewone mensen. Ze geloven in hun eigen beweringen of niet. Dat maakt niet uit, als de volgelingen maar geloof aan hun beweringen hechten. De volgelingen voelen zich gerustgesteld, geborgen, beschermd en laten zich met een comfortabel gevoel afhankelijk maken. In die zin verschillen de afhankelijkheidsrelaties met reguliere gezondheidszorgers niet van die met andersoortige goeroes. Het gevoel macht te kunnen uitoefenen over anderen schijnt erg bevredigend te zijn.

John Zant

Amerikaanse verkiezingen

In november 2020 kiezen de Amerikanen weer hun president.

De republikeinse kandidaat is een opgeblazen windbuil, een man die geen ondersteuning verdraagt behalve van ja-knikkers.

De democratische kandidaat is een lege huls, een man zonder eigenschappen die zonder ondersteuning niet overeind kan blijven.

Arme Amerikanen. Of krijgt elk volk de leider die het verdient?

John Zant

Hoe pakken we discriminatie aan?

Hoe pakken we discriminatie aan?

Wereldwijd vinden massale demonstraties plaats tegen racisme en discriminatie. In de media wordt er uitgebreid aandacht aan besteed. Slachtoffers van racisme en discriminatie zijn boos, woedend dat er al tientallen jaren geprotesteerd wordt zonder dat er iets verandert. Er worden veel acties ondernomen om racisme en discriminatie tegen te gaan. Protest tegen Zwarte Piet, beelden van slavenhouders worden omver getrokken. Van overheidswege wordt een anti-discriminatiecommissie overwogen met een vaste anti-discriminatiecoördinator. Er worden quota ingesteld om minderheden een duwtje in de rug te geven bij sollicitaties en straffen voor bedrijven die niet aan de vereiste quota voldoen. Maar de vraag is of deze maatregelen effectief zullen zijn. De kern van discriminatie is een diepgeworteld en emotioneel verankerd groepsgevoel, waarmee een wij-groep komt te staan tegenover allerlei zij-groepen. Onbekend maakt onbemind. Dat is de essentie. De belangrijkste manier om discriminatie aan te pakken is te zorgen dat van jongs af aan zoveel mogelijk “soorten” mensen tot de wij-groep gaan behoren. Discriminatie verdwijnt als mensen elkaar leren kennen, met elkaar praten, met elkaar spelen en aldus wederzijds begrip, vertrouwdheid en acceptatie ontwikkelen. Daarom moet het belangrijkste doel bij bestrijding van discriminatie zijn het van kinds af aan zoveel mogelijk creëren van onderling contact tussen diverse “soorten” kinderen en volwassenen. De allergrootste factor die segregatie bij de kinderen al jong bevordert zijn de diverse schooltypen: aparte scholen voor katholieken, protestanten, joden, islamieten, witten, gekleurden. De verschillende wij-groepen groeien apart van elkaar op, niet met elkaar. Sommige schooltypen leren kinderen zelfs actief andersdenkende kinderen en mensen te veroordelen. Segregatie, apartheid en discriminatie worden er bij kinderen al op heel jonge leeftijd impliciet en soms expliciet ingepompt door het bijzonder onderwijs. Als men echt discriminatie bij de wortel wil aanpakken, dan moeten alle “soorten” kinderen elkaar ontmoeten en leren kennen in één zelfde schooltype dat kinderen vormt tot wereldburgers. Gebeurt dat niet, dan zullen alle demonstraties, regenboogpieten, commissies, coördinatoren, dwangmaatregelen zoals quota, strafmaatregelen, etc. geen verandering teweeg brengen in de ervaring van het wij-versus-zij-gevoel. Het wij-gevoel moet van jongs af aan zo breed en ruim mogelijk worden aangeleerd. De consequentie is: afschaffen van het bijzonder onderwijs.

John Zant,

Amsterdam